Speerwerpen


Alle activiteiten zijn geprobeerd om zo helder mogelijk te verwoorden. Deze activiteiten zijn gratis te gebruiken. Mocht je toch liever een uitleg hebben met tekening en materiaalbeschrijving, klik dan hier op de link. Voor slechts € 1,50, krijg je alle activiteiten uit onderstaande lijst als PDF, met beschrijving, foto / tekening en materiaallijst.

Liever alle oefeningen direct in 1 PDF-pakket (met foto/tekening, materiaallijst en beschrijving) in plaats van 16 aparte documenten per leeftijdscategorie?

Klik dan hier voor meer informatie.

Prikken

De atleet pakt de speer vast met zijn duim en wijsvinger tegen de  bovenrand van de wikkel. De rest van de vingers klemmen de wikkel. De speer ligt een beetje schuin in de hand, waarbij de speer in het midden van de pols de hand verlaat. WERPEN en HALEN gaat  tegelijkertijd met de anderen en mag alleen op commando van de trainer, die hier uitermate streng op toeziet. Met staat op 3 meter tussenruimte naast elkaar.
1) De atleet staat klaar met de speer boven zijn hoofd, wijst met zijn andere hand waar hij de grond gaat raken en de punt van de speer wijst lichtjes naar beneden. Op commando werpt de atleet en probeert op ongeveer 5 meter voor zich de speer in de grond te
gooien. Wijst de achterkant van de speer terug naar je neus, dan heb je het goed gedaan!
2) Alles blijft hetzelfde, maar nu moet je proveren om de speer op 10 meter afstand in de grond te prikken.

De laatste pas

Beschreven voor een rechtshandige werper.

Na een paar keer de speer te hebben geprikt, staat de atleet zijwaarts klaar, waarbij hij zijn speer op ooghoogte vastheeft met de juiste greep. Hij kijkt langs de speer naar het werpveld. Ophalen en werpen gebeurd op commando van de trainer. Tussenruimte is ongeveer 3 meter.
Op het commando werpen stapt hij met zijn linkervoet in de werprichting en zet deze voet zo neer dat de tenen naar het veld wijzen. Zodra hij deze voet op de grond stampt, werpt hij de speer hoog boven zijn hoofd weg. Met een mooie boog land de speer in het gras.

De 3-pas

(beschrijving is voor een rechtshandige atleet)


Na een paar keer de speer te hebben geprikt, staat de atleet zijwaarts klaar, waarbij hij zijn speer op ooghoogte vastheeft met de juiste greep. Hij kijkt langs de speer naar het werpveld. Ophalen en werpen gebeurd op commando van de trainer. Tussenruimte is  ongeveer 3 meter.
Op het commando werpen stapt hij met zijn linkervoet in de  werprichting, daarna kruist hij met zijn rechtervoer voorlangs. Dit mag een klein sprongetje zijn. Direct hierna zet hij zijn linkervoet neer. De linkervoet staat zo dat de tenen naar het veld wijzen.

Zodra hij deze voet op de grond stampt, werpt hij de speer hoog boven zijn hoofd weg. Met zijn vrije arm zwaait hij naar achter.


Met een mooie boog land de speer in het gras. Sommige atleten vinden het prettig om met een ritme te werken. Zij stappen op het ritme van hoe je “friiiiiiiii-kan-del” uitspreekt.

(let op het even verlengen van de eerste lettergreep)

De 5-pas

(beschrijving is voor een rechtshandige atleet)


Na een paar keer de speer te hebben geprikt, staat de atleet zijwaarts klaar, waarbij hij zijn speer op ooghoogte vastheeft met de juiste greep. Hij kijkt langs de speer naar het werpveld. Ophalen en werpen gebeurd op commando van de trainer. Tussenruimte is ongeveer 3 meter. 


Op het commando werpen stapt hij met zijn linkervoet in de werprichting, daarna maakt hij 2 kruispassen voorlangs met rechts. De laatste keer mag het een klein sprongetje zijn. Direct hierna zet hij zijn linkervoet neer. De linkervoet staat zo dat de tenen naar het veld wijzen. Zodra hij deze voet op de grond stampt, werpt hij de speer hoog boven zijn hoofd weg. Met zijn vrije arm zwaait hij naar achter. Met een mooie boog land de speer in het gras. Na de worp maakt de atleet express nog 1 stap.


Sommige atleten vinden het prettig om met een ritme te werken. Zij stappen op het ritme van hoe je “fri-kan-del-spe-ciaal” uitspreekt.